Op initiatief van de vorige Vlaams minister van Toerisme, Geert Bourgeois (N-VA), werd in 2010 een budget van 15 miljoen euro vrijgemaakt om te investeren in 44 toeristische-recreatieve infrastructuurprojecten rond WO I zoals de inrichting van het belfort voor het In Flanders Fields Museum in Ieper, Talbot House in Poperinge en de site Lange Max in Koekelare 38 projecten zijn ondertussen open en verwelkomen tal van bezoekers. Nog zes projecten zullen tegen eind 2017 afgewerkt zijn. “Drie projecten nl.  ‘The Legacy  of Passchendaele’ in Zonnebeke, het project ‘netwerk sites Frontzate tot IJzerdijk’ in Diksmuide en de ‘valorisatie van het Belfort en de Lakenhalle’ van de stad Dendermonde zitten op schema”, zegt Cathy Coudyser. “Drie projecten werden in de loop van het traject bijgestuurd. Zo werd beslist om het project rond het nieuwe bezoekerscentrum ‘De Bergen’ in Kemmel omwille van budgettaire redenen onder te brengen op een andere locatie, namelijk een te herbestemmen kerk en pastoriewoning. Het nieuwe bezoekerscentrum van het Flanders Field American Cemetery Waregem werd niet op de begraafplaats zelf maar in de Waregemse Hippodroom ingepland. Het derde project dat werd bijgestuurd is het nieuwe bezoekerspaviljoen in Langemark-Poelkapelle dat pas in 2018 de deuren kan openen.”

Finaal zullen alle projecten dus eind dit jaar uitgevoerd zijn. Deze investeringen in degelijke herdenkingsinfrastructuur waren volgens Coudyser noodzakelijk om de herdenkingsjaren 2014-2018 kwalitatief in te vullen: ”Uiteraard gebeuren deze infrastructuurinvesteringen in de context van de herdenking van de ‘Groote Oorlog’, zijn duurzaam en zullen er ook voor zorgen dat Vlaanderen na 2018 haar aantrekkingskracht op vlak van herdenkingstoerisme blijft behouden en toeristen blijft aanspreken”, besluit Coudyser.

Foto: John Shortland